Dit verhaal gaat over de Grieken en de Romeinen en hun goden. Karin neemt je mee in de geschiedenis en legt één en ander uit.
De Grieken
Griekenland bestaat uit honderden eilanden en bergen en daardoor hadden de Grieken vroeger over land maar weinig contact. Met als gevolg dat iedere stad zijn eigen zaakjes zelf regelde. De Grieken noemden een zelfstandige stad een polis. Hierdoor kon het gebeuren dat een polis een koning had en dan heet de polis een monarchie. De polis Athene was een democratie, alle mannen die in Athene woonden beslisten mee over alles wat met het bestuur te maken had.
Omdat Griekenland droog en door de hoge bergen erg onvruchtbaar was, gingen veel Grieken ergens anders wonen. Ongeveer 800 voor Christus hadden de Grieken kolonies in Italië, Spanje en Turkije. Vanaf de ze kolonies werd voedsel naar Griekenland gebracht. Hierdoor is de Griekse cultuur bekend in veel landen rond de middellandse zee.
De Grieken vonden godsdienst erg belangrijk en daarom hadden ze heel veel goden. Net als gewone mensen waren deze goden boos, blij, jaloers en noem het maar op. Om al deze goden te vriend te houden bouwden de Grieken grote tempels en ze maakten beelden van de goden en versierden vazen en muren met afbeeldingen van de godenverhalen of ook wel mythen genoemd.
Toneel was in de Griekse cultuur erg belangrijk. Veel stukken gingen over de goden maar ook over dagelijkse, gewone dingen. Veelal waren de stukken tragedies en zat er een diepere vraag achter. Bijvoorbeeld mag ik wel liegen of mag ik ongehoorzaam zijn?
De Grieken wisten veel over aardrijkskunde, geneeskunde, bouwkunde en wiskunde.
De Romeinen
De Romeinen leefden van 3000 voor christus tot 500 na Christus. De Romeinen hadden een centrale waterleiding. Door het aquaduct stroomde drinkwater vanaf de bergen naar een enorme waterbak in de stad, vanuit daaruit werden het water naar de fonteinen en badhuizen geleid. Romeinen waren knappe bouwers en deden belangrijke uitvindingen zoals riolering en centrale verwarming. De Romeinen hadden veel afgekeken van de Grieken en de Grieken hadden veel afgekeken van de bouwmeesters uit het oude Egypte.
De Romeinen vonden alles aan de Grieken geweldig, ook hun goden. Ze namen de goden gewoon over maar veranderden wel de namen van de goden. De Griekse god Zeus werd in het Romeins Jupiter en zijn vrouw Hera, godin van huwelijk en geboorte, werd Juno genoemd. De god van de zee, Poseidon werd Neptunus. In het Romeinse Rijk had elk huis had een tempeltje voor de huisgoden. Werd er een nieuwe stad gebouwd dan werden er tempels voor belangrijke goden in het centrum op het hoogste punt gebouwd. Minder belangrijke goden kregen een tempel buiten de stad.
Toen de Romeinen machtig waren veroverden ze Griekenland en daarbij namen ze Griekse artsen, bouwmeesters en geleerden mee als slaaf mee naar Rome. Zodat rijke families een slaaf konden kopen voor hun kinderen en op die manier leerden de Romeinen nog meer over de Griekse cultuur.
Het Romeinse Rijk
Ooit was Rome een dorpje maar de bewoners waren slimme vechters en binnen een paar eeuwen hadden ze een enorm gebied veroverd, dit werd het Romeinse Rijk genoemd. Het Romeinse Rijk werd bestuurd vanuit Rome. Omdat het Romeinse Rijk enorm groot was moesten de legers zich snel kunnen verplaatsen, daarom legden ze vele wegen aan en bij de grenzen van het rijk bouwden de soldaten forten, vanuit een fort bewaakten ze de grens. Bij zulke forten werden ook badhuizen en gewone huizen gebouwd en later kwamen daar vaak handelaren en ambtenaren in de buurt wonen en die bouwden weer villa’s voor zichzelf. Zo zijn er allerlei nieuwe steden ontstaan, denk hierbij aan Nijmegen en Maastricht.
In het begin werd Rome bestuurd door koningen en sommige koningen bestuurden het land goed en anderen dachten alleen aan zichzelf. Rond 800 voor Christus hadden de Romeinen er genoeg van, ze joegen de koning de stad uit. De Romeinen wilden zelf kiezen wie het rijk zou besturen.
Rome werd hierdoor een Republiek, dit houdt in dat de twee leiders, de consuls genoemd, elk jaar werden gekozen. In het senaat, een vergadering waarin alle belangrijke beslissingen werden genomen over het bestuur van het Romeinse Rijk.
Was Rome hierdoor een democratie? Nee, want eigenlijk hadden maar een paar mensen macht. Alleen als je rijk was kon senator worden, dus mee beslissen in het senaat.
Julius Caesar
Julius Caesar was een machtige generaal en consul, hij veroverde vele gebieden. De senatoren waren bang dat de populaire Caesar koning wilde worden en daarom werd Caesar vermoord door de senatoren. Hierdoor braken er burgeroorlogen uit. Augustus, de aangenomen zoon van Caesar, won de burgeroorlog en werd de nieuwe heerser. Hij noemde zichzelf Caesar Augustus. Nu zeggen wij keizer Augustus.
Even terugkomend op de goden in bovenstaande tekst.
Hadden de Grieken en Romeinen dat hetzelfde systeem ontwikkeld? Nee, de Romeinen waren een praktisch volk en onder het mom van beter goed gejat dan slecht verzonnen, namen de Romeinen vele zaken over van andere culturen die ze tijdens de oorlogen tegen kwamen. De Romeinen noemden het zelf Interpretatio Romana, zeg maar interpretatie ( lijken die woorden op elkaar ) door de Romeinen. Ze trokken mythen, sagen en geloven gelijk aan hun eigen.
Welk geloof heeft nou niet een god voor het licht, liefde, oorlog en vruchtbaarheid?
De Goden
Onderstaand een aantal voorbeelden welke goden de Romeinen hebben overgenomen van de Grieken.
Griekse naam
Ares
Athena
Zeus
Poseidon
Hades
Hera
Aphrodite
Hermes
Eros
Nike
Eos
Romeinse naam
Mars
Minerva
Jupiter
Neptunes
Pluto
Juno
Venus
Mecury
Cupido
Victory
Aurora
Staat voor
God van de oorlog
Godin van opleiding, wetenschap en maagdelijkheid
Oppergod
God van de zee
God van de onderwereld
Godin van het huwelijk, oppergodin
Godin van de liefde en schoonheid
God van de snelheid
God van de liefde
Godin van de overwinning
Godin van het avondgloren